Fiscale en sociale regeling voor bedrijfswagens: dit moet je weten

Op 1 juli 2023 trad een nieuwe fiscale en sociale regeling in werking voor bedrijfswagens. De belangrijkste veranderingen zijn de schrapping van het fiscaal voordeel voor benzine- of dieselwagens, en de verhoogde solidariteitsbijdrage voor alle auto’s. We gaan dieper in op deze wijzigingen.

Vanaf aanslagjaar 2026 zal de fiscale aftrekbaarheid voor benzine- of dieselwagens, aangeschaft tussen 1 juli 2023 en 31 december 2025, progressief dalen, om tot nul herleid te worden in 2028. Voor voertuigen aangeschaft voor 1 juli 2023 zal het huidige stelsel van fiscale aftrekbaarheid van toepassing blijven. Vanaf eind 2026 zullen enkel nog koolstofneutrale bedrijfswagens 100% fiscaal aftrekbaar zijn.

Na 1 januari 2027 zal geleidelijk ook de fiscale aftrekbaarheid voor elektrische wagens dalen, tot 67,5% in 2031. Het doel van deze maatregel is om de fiscale voordelen voor nieuwe bedrijfswagens zonder nuluitstoot (inclusief plug-inhybrides) geleidelijk af te schaffen, zodat tegen 2026 alle bedrijfsauto’s in ons land elektrisch zijn. Voor niet-koolstofneutrale voertuigen die vanaf 1 januari 2026 worden besteld, zal er dus geen recht op aftrek meer zijn.

Om over te gaan naar een elektrische mobiliteit, is er voldoende laadinfrastructuur nodig. Daarom heeft de overheid de investering in (semi-)publieke laadpalen fiscaal aantrekkelijker gemaakt voor bedrijven. De installatiekosten voor laadpalen zijn nog 150% aftrekbaar tot 31 augustus 2024.

Bedrijven die willen genieten van de verhoogde kostenaftrek moeten voldoen aan bepaalde voorwaarden. Zo moeten het slimme laadpalen zijn die op een publiek toegankelijke locatie staan, en die minstens 10 uur per dag kunnen gebruikt worden door derden.

Als jouw medewerkers hun bedrijfswagen ook voor privéverplaatsingen gebruiken, ben je als werkgever een solidariteitsbijdrage verschuldigd aan de RSZ. Die bijdrage wordt berekend op de CO2-uitstoot vanhet voertuig, waardoor het ook ‘CO2-taks’ genoemd wordt.Het bedrag van die taks hangt af van de CO2-uitstoot en het type brandstof van de wagen.

Om de vergroening van het wagenpark te versnellen, zal de solidariteitsbijdrage geleidelijk stijgen voor allewagens die vanaf 1 juli 2023 zijn besteld. De stijging zelf gaat pas in op 1 januari 2025.

Werknemers mogen hun bedrijfswagen vaak ook privé gebruiken. De fiscus ziet dit als een extra loonvoordeel – het zogenaamde ‘voordeel van alle aard’ (VAA) – waarop belastingen betaald moeten worden.

Hoe groot dat VAA is, hangt onder andere af van hoeveelheid CO2 die de auto uitstoot én de gemiddelde CO2-emissie van het volledige Belgische wagenpark. Hoe lager die gemiddelde uitstoot, hoe meer een vervuilende auto belast wordt. Door de snelle elektrificatie in ons land zouden die belastingen fors stijgen voor benzine- en dieselwagens. Minister van Financiën Vincent Van Peteghem noemde dit begin 2024 “een oneerlijke en onverwachte extra belasting voor wie nog geen elektrische bedrijfsauto heeft”.

Om te vermijden dat dit het draagvlak voor de vergroening van het wagenpark zou ondermijnen, paste de regering de manier aan waarop de CO2-uitstoot wordt berekend. Terwijl de oude berekeningsmethode rekening hield met 40 procent van alle ingeschreven auto’s, houdt de nieuwe methode rekening met alle ingeschreven wagens. Voor een Golf Variant, bijvoorbeeld, is dit 500 euro belastingen (oude methode) versus 60 euro (nieuwe methode).

Zoek je meer informatie over mogelijke extralegale voordelen? Download onze gratis salariswijzer.